Dyslexie | test en behandeling

ECLG is gespecialiseerd in onderzoek en behandeling van dyslexie

Dyslexietest

Wanneer is een dyslexietest zinvol?

Problemen rondom dyslexie, lees- en spellingproblemen spelen niet alleen bij leerlingen in het basisonderwijs maar ook in het voortgezet onderwijs. Hier vindt u informatie over dyslexie, wat dit voor uw kind betekent en hoe u uw kind kunt laten testen.

Dyslexie in het basisonderwijs: is dit herkenbaar voor u als ouder?

Al gedurende het hele schooljaar krijgt uw kind extra instructie voor lezen en spellen. De leerkracht spreekt zijn/haar zorg uit over de leesontwikkeling van uw kind. In ieder 10-minutengesprek komt weer terug dat het lezen en spellen niet zo soepel gaat.

Zaken die dan worden genoemd zijn: moeite met leren lezen, langzame ontwikkeling leesproces, (het lezen gaat niet vanzelf), maakt veel fouten in dictees, hakken en plakken blijft moeilijk, blijft spellend lezen, leest niet vloeiend, automatiseert de letters niet, haalt letters door elkaar of spiegelt letters (b/d), schrijft slordig, schrijft woorden op het gehoor, weinig interesse in lezen en spellen, geen motivatie, geen leesplezier en minder zin om naar school te gaan. Het kan zijn dat uw kind duidelijk het verschil ziet met wat het zelf kan en wat klasgenoten kunnen, waardoor gevoelens van schaamte en gedachtes als ‘ik ben dom’ bij uw kind kunnen ontstaan.

De toetsscores blijven achter en vallen tegen ten opzichte van de andere vakken. Er lijkt geen vooruitgang in het lezen te zitten, ondanks dat er thuis veel wordt geoefend. Iedere avond voor het slapen gaan wordt er samen gelezen, maar nog steeds struikelt uw kind over de woorden. Of uw kind wordt ongeduldig en raadt maar wat er staat. En hoe hard er ook samen aan gewerkt wordt, het lezen en spellen lijkt maar niet beter te gaan.

Mocht u dit herkenbaar vinden, dan zou er wellicht sprake kunnen zijn van dyslexie. Misschien kan meer informatie over dyslexie u dan verder helpen!

Wat is dyslexie

Letterlijk betekent dyslexie ‘niet kunnen lezen’. Dys is ‘niet goed functioneren’ en ‘lexis’ betekent ‘taal of woorden’. Deze stoornis is aangeboren en erfelijk bepaald. Dat wil zeggen dat dyslexie niet over gaat. Bij kinderen met dyslexie gaat het lezen en spellen moeizaam, in vergelijking met leeftijdgenootjes en wat je gezien de intelligentie van uw kind mag verwachten. De resultaten voor lezen en spellen blijven duidelijk achter ten opzichte van de andere schoolvakken. Ondanks veel oefenen en extra begeleiding is er nauwelijks vooruitgang zichtbaar, het probleem is zeer hardnekkig. Deze hardnekkigheid is een belangrijk kenmerk van dyslexie en vormt een essentieel criterium in het dyslexieonderzoek. Er mag alleen gesproken worden van dyslexie als de problemen met lezen en/of spellen niet op een andere manier verklaard kunnen worden, denk hierbij aan aandachts- en concentratieproblemen, langdurende gehoorproblemen, beperkt taal-/onderwijsaanbod en laag intelligentieniveau.

Vermoeden van dyslexie? Wat kunt u als ouder voor uw kind doen?

Dat dyslexie aangeboren is, betekent niet dat er niets aan gedaan kan worden. De eerste stap is in gesprek gaan met de leerkracht(en). Wat zien zij precies in de klas en wat ziet u als ouder thuis op het gebied van lezen en spellen. Wat is het concrete lees- en spellingsniveau, wat zijn de resultaten op toetsen en wat wordt er al extra gedaan om het probleem samen met uw kind aan te pakken?

Als blijkt dat er ondanks alle extra hulp onvoldoende vooruitgang zichtbaar is, is een onderzoek naar dyslexie misschien op zijn plaats. Los van het feit of er sprake is van dyslexie, hier een aantal tips om direct mee aan de slag te gaan:

  • Leesplezier moet voorop staan. Laat het presteren los.
  • Laat kinderen bepalen wat zij willen lezen, het niveau van de tekst is hierbij minder belangrijk. Ook wat voor soort tekst het is, maakt niet uit. Een strip, tijdschrift, moppenboekjes etc. mogen allemaal.
  • Creëer met het oefenen een gezellig moment, waarbij uw kind zich op het gemak voelt.
  • Het is beter om iedere dag 10 minuten samen te lezen, dan twee keer per week een half uur.
  • Geef complimenten wanneer het lezen goed gaat en leg niet de nadruk op fouten. Geef uw kind de tijd om zijn fout zelf te ontdekken. Help uw kind door de eerste klank of een deel van het woord voor te zeggen.
  • Door samen te lezen (om en om een zin of alinea) of voor te lezen kan uw kind ervaren hoe leuk een boek kan zijn.

Dyslexie - wat kan ECLG voor u betekenen?

ECLG heeft veel kennis, ervaring en geschoolde gedragswetenschappers om een professioneel onderzoek naar dyslexie uit te voeren. Hierbij wordt een onderscheid gemaakt tussen onderzoek naar ernstige dyslexie (test én behandeling wordt vergoed door uw gemeente) en particulier dyslexie onderzoek.

Wanneer uit de test (en leesdossier) blijkt dat er sprake is van ernstige dyslexie, dan komt uw kind in aanmerking voor behandeling van dyslexie en die door uw gemeente betaald wordt. Blijkt uit de test dat er geen sprake is van ernstige dyslexie, dan komt uw kind helaas niet aanmerking voor vergoede behandeling van dyslexie. De dyslexie test wordt dan overigens wel vergoed. Meer informatie over vergoede en niet vergoede behandeling van dyslexie vindt u via onderstaande koppelingen.

Dyslexie in het voortgezet onderwijs

Het kan zijn dat uw kind op het voortgezet onderwijs veel moeite heeft met het leren van de vreemde talen. De resultaten van uw kind voor de vreemde talen zijn onvoldoende, ondanks de tijd en energie die uw kind erin steekt. Bij het eigen maken van de vreemde talen kan uw kind moeite hebben met het verstaan van de snelle spraak en het uitspreken, lezen en schrijven van de woorden. Ook merkt u dat uw kind veel tijd nodig heeft om de hoeveelheid teksten te verwerken. Binnen de lesstof kan uw kind veel moeite hebben met het onthouden van (automatiseren) formules, jaartallen, topografie en symbolen. Het gevolg kan zijn dat uw kind steeds minder gemotiveerd raakt voor school, zichzelf ‘dom’ voelt en school als een steeds grotere opgave gaat zien.

Het komt vaker voor dat pas op het voorgezet onderwijs blijkt dat een leerling dyslexie heeft, omdat hij/zij door het leren van de vreemde talen en de grote hoeveelheden tekst, door de mand vallen. Door hun intelligentie of door heel hard te werken, hebben ze op de basisschool hun dyslexie weten te compenseren.

Vermoeden van dyslexie? Wat kunt u als ouder doen?

Als u het vermoeden heeft dat uw kind dyslexie heeft, kunt u verschillende stappen zetten. Want mocht het zo zijn er sprake is van dyslexie, dan heeft uw kind recht op verschillende hulpmiddelen en extra faciliteiten. Ook kan uw kind door de diagnose dyslexie beter begrijpen waardoor het leren van de vreemde talen en het verwerken van grote stukken tekst lastig gaat en daar specifieke begeleiding voor krijgen.

De volgende stappen kunnen door u ondernomen worden:

  • Ga na of er in de brugklas een dyslexie signalering plaatsgevonden heeft en wat de resultaten hiervan waren.
  • Ga in gesprek met mentor en vakdocent(en) over wat zij concreet zien in de klas
  • Vraag indien mogelijk toetsgegevens van de basisschool op en let dan vooral op de DMT en/of spellingresultaten in combinatie met de resultaten op overige vakgebieden.

Dyslexie: onderzoek

Een dyslexieonderzoek bestaat uit verschillende onderdelen. Naast het contact met het kind of de jeugdige, is voorinformatie over onder andere de (school)ontwikkeling erg belangrijk en wij vragen daarom zowel aan ouders als aan school om nadere informatie aan te leveren.

ECLG kan het diagnostisch onderzoek (test) naar dyslexie op de school of in één van onze praktijken afnemen. Het onderzoek omvat:

  • Een kort intake/kennismakingsgesprek met de ouders en leerling.
  • Het onderzoek, bestaande uit een intelligentieonderzoek (WISC-V), didactisch onderzoek naar technisch lezen en spellen en een aanvullend onderzoek naar verklarende factoren. Het onderzoek wordt verder aangevuld met (gedrags)vragenlijsten om alternatieve verklaringen voor de lees- en spellingproblemen uit te sluiten. Waar mogelijk wordt het onderzoek in één dagdeel uitgevoerd, mocht dit niet haalbaar zijn dan wordt een tweede onderzoeksmoment ingepland.
  • Uitgebreide verslaglegging met naast de uitkomsten van het onderzoek tips en adviezen voor school en thuis.
  • Een adviesgesprek waarin de uitkomsten van het onderzoek worden besproken.
* Belangrijk: Bij ECLG bevat het dyslexieonderzoek altijd een IQ-bepaling. Volgens het protocol is dat echter niet verplicht en kan er volstaan worden met de afname van een aantal onderdelen van bijvoorbeeld de WISC-V test. Een aantal praktijken en instellingen doen dit dus ook. Wij zijn daar echter geen voorstander van omdat afname van slechts een aantal subtesten niet tot een IQ-bepaling leidt en dus geen volledig beeld geeft van de capaciteiten van uw kind. Daarnaast moet er tussen twee intelligentiebepalingen altijd 1.5 tot 2 jaar speling zitten. Ook wanneer er maar enkele subtesten van de WISC-V worden afgenomen, zult u minimaal 1.5 jaar moeten wachten voor er een volledige IQ-bepaling (met dezelfde test) kan worden gedaan. Vraag dus altijd goed na of en welke IQ test afgenomen wordt en of de afname ook tot een IQ-bepaling leidt.

Na het adviesgesprek ontvangt u het onderzoeksverslag met - indien van toepassing - een dyslexieverklaring. School krijgt hier niet automatisch een afschrift van, het is aan de ouders om te bepalen welke informatie zij met derden willen delen.

Wat wordt er allemaal getest?

Naast de IQ-bepaling wordt op onderstaande criteria getest:

  1. Criterium variabelen
  2. Dyslexie typerende cognitieve vaardigheden
  3. Differentiaal diagnostiek (eventuele andere verklarende factoren)
  4. Comorbide problemen
  5. Competentiebeleving

Onderstaand vindt u gedetailleerde omschrijving per testonderdeel:

1: Criterium variabelen (achterstand + hardnekkigheid)
Allereerst wordt het lees- en spellingniveau bepaald. Dit wordt gedaan middels woordleestoetsen en woorddictees. Indien de score van een leerling bij de laagste 10% scorende leerlingen op het gebied van technisch lezen en/of spelling behoort, zijn er aanzienlijke lees- en/of spellingproblemen aangetoond. Voor het vaststellen van ernstige dyslexie (ED), moet sprake zijn van een score bij de laagste 10% op technisch lezen of bij de laagste 16% op lezen én laagste 10% op spellen.

Vervolgens is de hardnekkigheid van de lees- en/of spellingproblemen een belangrijke aanwijzing voor dyslexie. De hardnekkigheid is aan te tonen als de gesignaleerde problemen zijn aangepakt middels het onderwijsprotocol ‘leesproblemen en dyslexie’. Leidt de gedegen aanpak niet tot voldoende vooruitgang, dan wordt gesproken van een hardnekkig lees- en/of spellingprobleem. Ook wordt de term ‘didactische resistentie’ hierbij gebruikt. De leerling is immers resistent voor de didactische aanpak. Er wordt gesproken van didactische resistentie als aan een leerling systematisch gedurende een half jaar lang, minstens drie keer per week 20 minuten extra instructie is gegeven door een leerkracht of remedial teacher en deze extra begeleiding niet het gewenste effect heeft. Over het algemeen kan worden gesproken van didactische resistentie als het leerrendement van de extra begeleiding < 67% ligt. Het is daarom belangrijk dat school een leerlingdossier bijhoudt met daarin de gekozen aanpak, de doelen en de evaluaties.

Mocht school om welke reden dan ook niet de juiste zorg kunnen bieden, dan kan ook externe begeleiding worden ingeschakeld om de didactische resistentie aan te tonen. De eisen die aan externe begeleiding worden gesteld zijn gelijk aan de eisen die aan de extra zorg op school worden gesteld.

2: Dyslexie typerende cognitieve vaardigheden (dyslexie-indicatoren)
Als de hardnekkigheid is onderzocht, worden daaropvolgend testen afgenomen die vaardigheden meten waar leerlingen met dyslexie op uitvallen. Dit worden dyslexie-indicatoren genoemd. Er wordt bijvoorbeeld bekeken in hoeverre de klanktekenkoppeling is geautomatiseerd. Denk hierbij aan testen waarbij een leerling vlot letters moet schrijven en lezen. De Dyslexie Screening Test (DST) wordt gebruikt om te kijken hoe het vermogen om klanken te herkennen, te onderscheiden en te manipuleren is ontwikkeld (ook wel fonologische taalvaardigheden genoemd).

Tot slot wordt er gekeken hoe snel het kind informatie uit het geheugen op kan halen (snel serieel benoemen) en wordt getest hoe het verbale werkgeheugen zich heeft ontwikkeld.

3: Differentiaal diagnostiek (onderzoek naar mogelijke alternatieve verklaringen)
Naast testen die de lees- en spellingvaardigheid en de dyslexie-indicatoren meten, wordt bij de leerling ook de algemene intelligentie bepaald middels een intelligentietest. Daarnaast wordt bekeken of er dyslexie aanverwante problemen zijn, bijvoorbeeld auditieve of visuele waarnemingsproblemen, rekenproblemen en/of aandacht- en concentratieproblemen. Ook wordt bekeken of er mogelijk andere individuele problemen zijn die de problemen kunnen verklaren of versterken. Hieronder vallen de semantische taalvaardigheden, geheugenfuncties en de non-verbale werkgeheugenvaardigheden.

4: Comorbide problemen (indien manifest en relevant)
Bij het onderzoek naar dyslexie wordt de aanwezigheid van (signalen van) co-morbide problematiek onderzocht. Dit wordt onder andere gedaan door het laten invullen van een gedragsvragenlijst door ouders en school.

Als er sprake is van bijkomende problematiek, zoals bijvoorbeeld ADHD of autisme, wordt gesproken van comorbiditeit. Er kan dan niet meer worden gesproken van enkelvoudige dyslexie, aangezien er sprake is van meervoudige problematiek. Dit wil echter niet zeggen dat er geen dyslexie kan worden vastgesteld.

Als er sprake is van comorbiditeit komt een leerling in principe niet in aanmerking voor vergoede zorg voor ernstige dyslexie. In sommige gevallen kan hiervan worden afgeweken. In de Richtlijn Comorbiditeit die per oktober 2012 als bijlage is opgenomen bij het Protocol Dyslexie Diagnostiek & Behandeling, staat dat een kind dat een bijkomende stoornis heeft in aanmerking kan komen voor vergoeding als de andere stoornis niet (meer) belemmerend is voor de dyslexie test en/of de dyslexiebehandeling. Als de comorbide stoornis wel belemmerend is, dan komt het kind in eerste instantie niet in aanmerking voor een vergoede test en wordt geadviseerd eerst de comorbide stoornis te laten behandelen. De diagnosticus beoordeelt of de bijkomende stoornis belemmerend is voor het onderzoek naar en de behandeling van dyslexie. Alle zorgaanbieders die zijn aangesloten bij het NKD (Nederlands Kwaliteitsinstituut Dyslexie) werken volgens deze richtlijn.

5: Competentiebeleving
Bij leerlingen vanaf 8 jaar wordt de CBSK test (Competentie Belevingsschaal voor Kinderen) afgenomen om te achterhalen hoe de leerling zijn/haar competenties beoordeelt.

De uitkomst van de dyslexie test

Als de onderzoeker, een orthopedagoog of psycholoog, alle informatie verzameld heeft, worden de onderzoeksgegevens van de test geanalyseerd. Daarop volgt een conclusie en daarmee antwoord op de vraag: “Is er sprake van dyslexie bij uw kind?”.

De conclusie kan verschillende richtingen uitgaan:

  1. Er is sprake van lees- en/of spellingproblemen die met extra ondersteuning (in de school) voldoende kunnen worden aangepakt.
  2. Er is sprake van dyslexie, echter niet dusdanig ernstig dat een gespecialiseerde (vergoede) behandeling geïndiceerd is.
  3. Er is sprake van Ernstige Dyslexie waarvoor gespecialiseerde (vergoede) behandeling geïndiceerd is. Er is dan sprake van een positieve behandelindicatie.
  4. Er kan ook sprake zijn van complexe problematiek waarvan dyslexie onderdeel uitmaakt.

De dyslexieverklaring

Als uit de dyslexie test blijkt dat er sprake is van dyslexie, dan wordt een dyslexieverklaring afgegeven door de onderzoeker en de regiebehandelaar. U kunt hier meer lezen over de dyslexieverklaring en de mogelijke gevolgen van dyslexie.

Kosten dyslexieonderzoek

Wanneer de basisschool vermoedt dat er sprake is van ernstige dyslexie dan wordt het dyslexieonderzoek door uw gemeente vergoed mits aan alle voorwaarden wordt voldaan. Meer informatie vindt u onder 'Dyslexiebehandeling met vergoeding' en bij 'Vergoeding door uw gemeente'.

Kan een vermoeden van ernstige dyslexie niet of onvoldoende onderbouwd worden door de basisschool of zit uw kind al op het voortgezet onderwijs, dan wordt het onderzoek niet vergoed door uw gemeente. U moet het onderzoek dan zelf betalen. De kosten voor een volledig dyslexieonderzoek bedragen dan €. 715,-

Dyslexie: de behandeling

Bij de behandeling van dyslexie maken wij gebruik van de (evidence based) F&L-methode.

Ook wordt er binnen de dyslexiebehandeling gekeken naar welke hulpmiddelen voor uw kind ingezet kunnen worden en wat de school hierin kan betekenen. Ook is er aandacht voor psycho-educatie, waardoor uw kind beter met zijn of haar dyslexie leert omgaan.

De individuele behandeling betreft 45 tot 60 wekelijkse sessies van 60 minuten, waarvan er 45 minuten effectief gewerkt wordt met uw kind en de overige 15 minuten besteed wordt aan dossiervorming.

Dyslexie en vreemde talen

Als uw dochter of zoon de diagnose dyslexie heeft, is het voor hem/haar extra moeilijk om zich de vreemde talen eigen te maken. ECLG biedt gerichte behandeling, zodat zij door deze behandelingen extra ondersteund worden bij het aanleren van de vreemde talen.

De dyslexiebehandeling van ECLG is onder andere gebaseerd op de methode: Gekleurde letters van Catrien Horions, waarbij expliciet aandacht besteed wordt aan:

  • De klank-tekenkoppeling in de vreemde taal
  • Het schrijven van woorden in de vreemde taal
  • Het lezen van woorden in de vreemde taal

Uw kind leert dat een klank in de vreemde taal op verschillende manieren geschreven en gelezen kan worden, waarbij verschillende kleuren als ondersteuning bij het schrijven, leren en uitspreken van de woorden worden ingezet. Binnen de begeleiding wordt aangesloten bij wat uw kind volgens de schoolmethode moet leren, hetgeen de kansen op succeservaringen vergroot.

Locaties voor test afname en behandeling

U kunt voor onderzoek en behandeling terecht in een van onderstaande plaatsen:

  • Deventer
  • Apeldoorn
  • Zeist
  • Nieuwegein
  • Tiel
  • Ede
  • Veenendaal
  • Arnhem
  • Nijmegen
  • Oss
  • 's-Hertogenbosch
  • Uden
  • Veghel
  • Breda
  • Tilburg
  • Eindhoven
  • Helmond
  • Weert
  • Roermond
  • Sittard
  • Kerkrade
  • Maastricht

Wilt u meer weten?

Wenst u meer informatie over een dyslexieonderzoek of behandeling, dan kunt u een e-mail sturen naar Milou Scholten, m.scholten@eclg.nl. of bellen naar 085 - 878 11 70.