Samenwerking in de jeugdzorg

De essentiële schakel tussen onderwijs en jeugdzorg

Samenwerking binnen jeugdzorg

In theorie hebben gemeenten en samenwerkingsverbanden met de komst van de Wet Passend Onderwijs en de Jeugdwet deels gemeenschappelijke verantwoordelijkheden die om een samenhangende aanpak vragen. In de praktijk worden onderwijs en (jeugd)zorg nog te vaak en te veel gezien als twee verschillende domeinen en wordt er veelal op eilandjes geopereerd. Administratief werkt dit door de verschillende financieringsvormen misschien zo, maar in de praktijk natuurlijk niet.

Ketenpartners en onderwijs

Het leeuwendeel van de kinderen die zorg vanuit de Jeugdwet ontvangt gaat immers naar school en passend onderwijs kan alleen gegeven worden als duidelijk is waar een kind behoefte aan heeft om tot optimale ontwikkeling te komen. Juist omdat kinderen een groot deel van hun tijd op school doorbrengen heeft het onderwijs hierin een belangrijke maatschappelijke functie. School is echter geen zorginstelling en heeft ketenpartners nodig om deze maatschappelijke opdracht te vervullen. Die ketenpartners en de contacten hiermee zijn er, dat is het probleem niet, maar vaak komt het tot een doorverwijzing en mist de verbinding en afstemming om te komen tot een integrale benadering van het kind waarbij ouders, onderwijs en zorg samen optrekken.

Actieprogramma Zorg voor de Jeugd

Dit is jammer want het gaat voorbij aan de ideeën achter zowel passend onderwijs als de transitie jeugdzorg waarin samenwerking en afstemming moeten leiden tot optimale ontwikkelmogelijkheden voor kinderen en jeugdigen, een maatschappelijke opdracht en verantwoordelijkheid van ons allen. Dit kan anders en gezien de budgetoverschrijdingen van jeugdhulp moet het ook anders. Dit is tevens de mening van de Rijksoverheid die in het ‘Actieprogramma Zorg voor de Jeugd’ verschillende actielijnen heeft uitgezet, waarin actielijn 3 gaat over de samenwerking tussen onderwijs en jeugdzorg. Deze actielijn houdt in dat samen met OCW en het onderwijsveld gewerkt moet worden aan een inclusieve samenleving waarin alle kinderen optimaal kansen krijgen om zich te ontwikkelen. Speerpunt hierbij is dat het ook voor de kinderen die zorg of ondersteuning nodig hebben, het van belang is dat ze onderwijs kunnen volgen op een manier die past bij hun situatie en waarbij onderwijs en zorg dus op elkaar is afgestemd. Deze actielijn maakt deel uit van het Transformatiefonds dat door de VNG en het Rijk is opgericht.

ECLG maakt die verbinding

ECLG kan deze verbinding maken. Onze organisatie bestaat uit zorgprofessionals (orthopedagogen, psychologen) en onderwijskundigen die veelal een onderwijsachtergrond hebben. Daarnaast volgen jaarlijks honderden onderwijsprofessionals cursussen en trainingen bij ons. Dit maakt dat onze medewerkers goed thuis zijn in zowel het onderwijsveld als de jeugdzorg en op beide vlakken kunnen bewegen.

Verschillende pilots en onderzoeken laten zien dat wanneer de zorg dichterbij school komt, de zorgprofessional eerder kan worden ingeschakeld door zowel ouders als school waardoor voorkomen wordt dat problemen verergeren en complexere en duurdere zorg nodig is. Bestaande projecten laten een daling zien in het aantal doorverwijzingen met beschikking. Zorgprofessionals worden betrokken bij (zorg)leerlingen op school en denken mee over een oplossing zonder dat de leerling meteen in zorg wordt genomen.

Naast consultaties kan de zorgprofessionals worden ingezet voor korte interventies op school. Mocht er meer nodig zijn, kan door de kennis van het veld snel worden overgeschakeld naar een passende vorm van zorg met goede overdracht en uitwisseling zodat de benadering van de leerling op de verschillende leefdomeinen op elkaar wordt afgestemd. Hierbij vormt ECLG de schakel tussenbeide omdat onze professionals zowel de hulpverleningstaal als de onderwijstaal spreken en hiermee een praktische vertaalslag naar school en ouders kan maken. Op deze manier kan het doel ‘1 kind 1 plan’ gedegen vorm worden gegeven. Het samenbrengen van onderwijs en zorg zorgt er kortom voor dat het onderwijs wordt versterkt en voor een deel ontzorgd en door dit sterker voorliggend veld zijn minder verwijzingen naar de duurdere vormen van jeugdhulp nodig hetgeen ten goede komt aan de gemeente.

Maatwerk

Een dergelijke samenwerking vraagt om maatwerk. Het is voor scholen, samenwerkingsverbanden en gemeenten belangrijk dat ‘de eigen kleur’ behouden blijft. Projecten starten dan ook altijd met het samen kijken waar de behoeften liggen, analyseren en starten met een gedegen plan van aanpak waarbij verschillende vormen van samenwerking mogelijk zijn:

  • Het in school bieden van onderdak aan de hulpverlening, zodat de hulpverlening in huis is. Dit zorgt voor bekendheid en korte lijnen tussen school, ouders, kind en hulpverleners.
  • Het meedenken, opzetten en/of mede uitvoeren van onderwijszorgarrangementen, het organiseren van interprofessioneel overleg, deelname aan ZAT’s, MDO’s en dergelijke.
  • Onderwijszorgconsulent/jeugdspecialist verbinden aan school die kan meekijken, onderwijsprofessionals kan coachen, oudergesprekken kan voeren, kortdurende interventies in kan zetten en indien nodig kan doorverwijzen maar wel betrokken blijft zodat samenwerking en afstemming tot stand komt.